Mensen met ernstige psychische aandoeningen hebben een groter risico op somatische problemen (zoals hart- en vaatziekten) en een 15-20 jaar kortere levensverwachting. Dit komt door genetische kwetsbaarheid, bijwerkingen van psychiatrische medicatie (metabole klachten als diabetes en obesitas), inadequate medische behandeling en weinig sociale steun. Daarnaast vormt de ongezonde leefstijl van veel cliënten een aandachtspunt in de zorg: roken, ongezonde eetgewoonten, onveilige seks, slechte gebitsverzorging en weinig beweging.
Ondanks regelmatige somatische screening wordt minder dan de helft van alle cliënten met psychotische klachten behandeld voor metabole risicofactoren wanneer de richtlijnen dit wel aanbevelen. Uit ons onderzoek weten we dat het aantal medisch specialistische zorgcontacten dat mensen met een psychotische stoornis krijgt relatief laag is terwijl deze groep gezien de slechtere gezondheidssituatie eigenlijk juist intensieve zorg zou moeten krijgen (Swildens, Termorshuizen, De Ridder, Smeets, & Engelhard, 2015). Deze resultaten geven alle reden om de somatische zorg, screening en opvolging van screening goed onder de loep te nemen.
Het overkoepelende doel is om vrijetijdsinterventies te ontwikkelen die goed aansluiten op de behoeften van mensen met psychotische stoornissen en andere groepen zoals mensen met autisme.
Wilma Swildens werkt vanuit Interprofessionele zorg in de GGZ aan een aantal onderzoeksprojecten die zich richten op lichamelijke gezondheid en leefstijl van mensen met psychotische klachten.
Een eerste onderzoeksproject richt zich op het bij Altrecht gebruikte digitale instrument leefstijl in beeld (eerder onderzocht door Van Meijel, Van Hamersveld, Van Gool, Van der Bijl & van Harten, 2014). Met dit instrument bespreken leefstijlcoaches de gezondheid en leefstijl van de cliënten, stellen samen doelen voor de toekomst en bieden ondersteuning in samenwerking met andere teamleden. Om dit programma nog beter bruikbaar te maken, wordt momenteel onderzocht hoe leefstijl en lichamelijke gezondheid - gemeten met leefstijl in beeld instrument - van jongvolwassenen met een psychose kwetsbaarheid eruitzien in vergelijking tot leeftijdgenoten (18-28 jaar) zonder psychose kwetsbaarheid. De uitkomsten en mogelijke verbeteringen in de situatie worden met hulpverleners en cliënten besproken.
Daarnaast wordt deelgenomen aan enkele bredere samenwerkingsprojecten geleid door professor Wiepke Cahn vanuit het Onderzoeksprogramma Lijf & Leven van het UMC. Een lopend onderzoek is Psychose Prognose Predictor waarin een instrument ontwikkeld wordt om gezondheidsbevorderende factoren te berekenen waarmee cliënten meer greep krijgen op wat ze zelf kunnen doen om hun lichamelijke en psychische gezondheid te verbeteren. Een startende studie is Melia studie (Cahn, Luykx, Gülöksüz & De Boer) waarin de aanpak van overgewicht door een combinatie van leefstijlinterventies en medicatie (metformine) wordt onderzocht bij mensen met psychotische klachten. Een ander project is het binnen een consortium van meerdere GGZ-instellingen uitgevoerde interventieonderzoek MOVE2. Dit onderzoek is gericht op de vraag wat effecten zijn van leefstijlinterventies en wat bewerkstelligt dat cliënten al dan niet succesvol zijn in het verbeteren van hun leefstijl en in sociale participatie.
Bij dit onderzoek wordt samengewerkt met diverse universiteiten en praktijkinstellingen. De ervaringen met de interventies en uitkomsten worden teruggekoppeld naar de GGZ-praktijk en opleidingen voor gezondheid, sport en welzijn. Aan studenten worden mogelijkheden geboden voor participatie in onderzoek en stages.
Het onderzoek draagt bij aan een gezondere leefstijl en betere lichamelijke en psychische gezondheid van mensen met ernstige psychische aandoeningen. Meer specifiek wordt inzicht verkregen in de vraag wat effecten zijn van leefstijlinterventies en hoe goed kan worden aangesloten op individuele cliënten met een gepersonaliseerd aanbod van diverse interventies, variërend van bijvoorbeeld digitale leefstijl apps tot fitness- en leefstijlprogramma’s.