Steden zijn ongekend populair, zowel bij toeristen als nieuwkomers. Daarbij dreigen de oorspronkelijke bewoners het veld te moeten ruimen. Docenten, onderzoekers én studenten gingen in Amsterdam de wijk in om oplossingen te ontwerpen voor een inclusieve, diverse stad. Hun bevindingen kregen een plek in de internationale publicatie ‘Our City?’
Naar verwachting leeft in 2040 70 procent van de wereldbevolking in steden. Daarnaast groeit het toerisme. De vraag is of een stad als Amsterdam daarmee toegankelijk blijft voor iedereen en niet het exclusieve domein wordt van de welgestelden. Deze dreigende gentrificatie raakt aan allerlei actuele thema’s, zoals duurzaamheid, leefbaarheid en inclusiviteit.
Gentrificatie is ook al te zien in Amsterdam Noord. Midden in dit stadsdeel is het Urban Leisure & Tourism Lab (ULT-Lab) Amsterdam actief. Aan de Papaverweg doen docenten, onderzoekers en studenten van Hogeschool Inholland onderzoek naar vraagstukken die onder meer te maken hebben met gentrificatie en toerisme. Het onderzoek is praktijkgericht: studenten werken in het lab nauw samen met bewoners, betrokken organisaties en de gemeente. En het onderzoek is ontwerpend: het is leren door oplossingen te creëren.
Roos Gerritsma is mede-oprichter en associate lector van het ULT-Lab Amsterdam. Binnen dit lab werkt ze samen met docentonderzoekers aan ontwerpgerichte onderzoeken. “Ik kreeg van Stipo, een bureau gericht op stedelijke ontwikkeling, het verzoek om mee te werken aan een publicatie over in- en uitsluitingsmechanismen in steden en hoe die te beslechten. In hoeverre kan iedere bewoner er zich thuis voelen? Samen met mijn collega Miranda Kamp richtte ik me bijvoorbeeld op FairBNB, een alternatieve manier om woningen te delen. Mijn collega-onderzoeker Philippa Collin verdiepte zich in de vraag hoe je plekken en evenementen zo inclusief mogelijk opzet. Docentonderzoeker Marie-Ange de Kort onderzocht in dat verband het retailaanbod van drie pleinen in Amsterdam Noord en nam interviews af met experts. Wat als het betaalbare bakkertje plaats moet maken voor een hipsterbar met caffè lattes van € 3,60?”
“Vanuit onze opleiding Leisure & Event Management kunnen we heel goed nagaan hoe het winkelaanbod kan aansluiten bij de behoefte van de buurt”, zegt De Kort. “We onderzochten het Van der Pekplein, waar de gentrificatie al gaande is. Maar ook de nog meer traditionele Purmerplein en Zonneplein. Studenten gingen de straat op om deze en andere plekken in Amsterdam te observeren. Ze interviewden buurtbewoners en gingen toen al aan de slag met creatieve oplossingen. Hun concepten presenteerden ze aan een panel van professionals. Op basis van de feedback scherpten ze hun voorstellen aan om die te presenteren aan opdrachtgevers zoals de gebiedsmakelaars, Stadsherstel Amsterdam en woningbouwcorporatie Ymere.”
Een van de ideeën die de studenten bedachten was om een kas te bouwen midden op het Purmerplein. Als ontmoetingsplek voor alle buurtbewoners werkt het inclusiviteit in de hand, het plein is beter benut, ondernemers zijn betrokken als preffered supplier van bijvoorbeeld een gezonde maaltijd, wat een betere leefstijl voor omwonenden bevordert. Ymere reageerde zeer enthousiast op dit verrassende voorstel. Het is wat ontwerpgericht onderzoek kan doen. De studenten beginnen al in een vroeg stadium met conceptontwikkeling waardoor het creatief proces meteen loskomt.
Het onderzoek in Amsterdam Noord is inmiddels afgerond. Nieuwe groepen studenten Leisure & Event Management leren met een kritische blik naar andere plekken in Amsterdam te kijken en er creatieve oplossingen voor te ontwerpen, zoals de Amsterdamse Poort in Zuidoost of de Spaarndammerstraat in West. Gerritsma, Kamp, Collin en De Kort werkten hun onderzoek in de tussentijd uit voor de Stipo-publicatie Our City? Countering Exclusion in Public Space. Gerritsma: “Het boek is een mooie manier om onze inzichten te delen met beleidsmakers. Maar we willen door. Om onze ideeën ook te helpen realiseren hebben we nu ook een specialist in co-creatie aangetrokken. Zo biedt het lab waardecreatie voor de stad en een continu leerproces voor studenten.”