
De grootste kostenpost is natuurlijk de huur van je kamer zelf. Hoe hoog de kosten hiervan zijn, hangt af van een aantal factoren. Zo is de gemiddelde huur van een studentenkamer in Amsterdam, Utrecht en andere grote steden in de Randstad een stuk hoger dan in steden of dorpen daarbuiten. Ook het type woning, de grootte en de voorzieningen maken natuurlijk verschil. Een studentenkamer met een gedeelde badkamer, toilet en keuken is veel goedkoper dan een studio of appartement met een eigen keuken en/of badkamer.
Daarnaast stijgt de gemiddelde huurprijs de laatste jaren ook behoorlijk. In 2022 betaalden studenten gemiddeld zo’n 512 euro per maand voor een kamer, waar dat bedrag het jaar daarvoor 50 euro lager was. Zoek je een woning of appartement in de vrije sector, dan moet je rekenen op een huur van minstens 700 euro of hoger.
Meestal zijn gas, water en licht – oftewel: energie – inbegrepen bij de huurprijs van een studentenkamer. In dat geval wordt er in de advertentie meestal van ‘inclusief’ gesproken. Is dat niet het geval, dan moet je dit zelf regelen en betaal je je daadwerkelijke verbruik direct aan de energieleverancier. Wat je voor gas, water en licht betaalt – direct of indirect – verschilt per moment en contract, maar houd bij een eenpersoonshuishouden ongeveer 150 euro per maand in gedachten.
Waar je als student misschien niet meteen bij stilstaat, maar wat je zeker wel in je portemonnee voelt, zijn de jaarlijkse gemeentelijke belastingen. Denk aan rioolheffing, waterschapsbelasting en afvalstoffenheffing. Deze rekeningen krijg je meestal aan het begin van het jaar en de bedragen verschillen per gemeente. Maar gemiddeld kun je rekening houden met de volgende bedragen per éénpersoonshuishouden:
In Nederland gelden er geen verplichte woonverzekeringen als je een studentenkamer huurt, wel moet je vanaf je achttiende natuurlijk een eigen zorgverzekering afsluiten vanaf 140 euro per maand. Dit zijn dan geen directe woonkosten, maar zeker wel iets om rekening mee te houden in je maandelijkse lasten.
Daarnaast is het verstandig om een inboedelverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. Voor een paar euro per maand ben je verzekerd bij schade of ongelukjes in je eigen of andermans huis.
Of je het nu volledig, deels of helemaal niet zelf betaalt, toch is het goed om te weten hoeveel de studiekosten bedragen. Ook al verandert dit bedrag jaarlijks, het wettelijke collegegeld ligt voor een (eerste) studie rond de 2300 en 2400 euro per jaar, wat neerkomt op zo’n 200 euro per maand.
Daarbij komen natuurlijk ook nog kosten van je boeken en eventuele andere benodigdheden, zoals een laptop. Voor boekengeld kun je rekenen op zo’n 700 euro (of 57 euro per maand), al bestaan er natuurlijk ook goedkopere tweedehands of digitale opties.
Tot slot zijn er nog heel wat andere vaste en variabele lasten waar je rekening mee moet houden. Denk aan: